Meningen over Traag is uw verbazing

Bert Lema over mensen die hij heel zijn leven heeft gekend
Bij De Oostakkerse Cahiers verscheen de bundel Traag is uw verbazing van Bert Lema. Hij werd geboren in Brugge, op 7 december 1969. Hij studeerde Germaanse in Gent en woont momenteel met vrouw en twee zoontjes in het Pajottenland. Hij is werkzaam in de basiseducatie (alfabetisering). Een aantal gedichten uit Traag is uw verbazing verscheen eerder in De Brakke Hond, Nieuw Wereld Tijdschrift en Yang. Lema krijgt op zijn 38ste een nieuwe kans. Eind jaren '90 begon hij - na een lange periode van stilte - opnieuw overal te publiceren. Onder andere in Schoon Schip, Gierik/NVT en Dighter en met regelmaat in De Brakke Hond. Bij Ampersand & Tilde brengt hij nu Traag is uw verbazing uit.
Lema schrijft krachtige poëzie met een spirituele inhoud. Hij maakt - tot mijn spijt - vaak gebruik van dialectwoorden (woorden uit zijn kindertijd?) en dit stoort mij. De man heeft een lange weg afgelegd: van Brugge via Gent en Brussel naar Vollezele. Soms voel ik invloed van Claus, Lucebert, Llorca en Neruda. De bundel Traag is uw verbazing bestaat uit twee delen. Het eerste deel bevat gedichten die reeds verschenen. Het tweede deel bevat de cyclus Traag is uw verbazing. De bundel is een bloemlezing uit zes of zeven jaar schrijven. Toch vormt de bundel een eenheid. De titel slaat op een heel trage openbaring die verbazing wekt. Zijn gedichten etaleren enerzijds hilarische ernst en anderzijds relativering en ernstige humor. Beide zijn ingebed in een spirituele beleven. Lema is kosmosgevoelig. De wijze waarop hij de bundel aangeeft - als een offerande – heeft mij gepakt. De eerste gedichten laten mij niet los: wat een eigenzinnige en eigenwijze verwoording van herinneringen aan zijn opa, oma, ouders, zijn kindertijd en jeugd! Zijn beeldspraak doet mij af en toe denken aan de eerste experimentelen, maar door de geaardheid (aarde, aarden) van de gedichten dan weer niet volledig. Ik citeer: 'Oma is het feest dat vloeit met beken' of ze zit aan de feestdis 'als een walvis of een vriend': hij maakt van haar een ruime zaal of opa sliep met klavecimbel /oma met cortizone.
Gedreven (of moet ik veeleer schrijven: aangedaan?) zoekt de dichter naar verwantschap, herkenning, duidelijkheid. Hij schrijft: 'Ruimer is het zicht op uw vader /achter hem zit zijn vader en zijn vader en zijn vader /het is een trein die tot aan de bron reikt.'
Zijn vader (of is het de dichter zelf?) is in zijn eenvoud voorspelbaar en in zijn woorden verbazingwekkend overgevoelig. Het lijkt wel of zijn geest speelbal is van het niet-verklaarbare.
Naar deze begrenzing gaat Lema op zoek bij zijn (groot)ouders en zichzelf. Zo ervaart de dichter dat hij gewoon een zoon (is)/die zijn zoon zijn als een T-shirt uittrekt. Hij luistert aandachtig en oefent zich in het afschudden/van het gehoorde want het is weer tijd voor het ontmijnen/van als uw verwachtingen. Wanneer de jongen (de dichter) in het gips zit, ziet hij hoe zijn moeder in de keukenruit/een miniatuur wordt.
Wat ook opvalt, is de aanhoudende wijze waarop de dichter zich moed inspreekt of tot helderheid komt of in de kosmos zijn gram vindt. Het spirituele is voor Lema ontegensprekelijk een houvast, in bange dagen een geloof, geloof dat hem op de been houdt en hem hoopvol stemt. Hij voelt hoe de wind in zijn gezicht waait/om hem het gevoel te geven/dat de wereld iemand om hem heen is.
Ook in het tweede deel van de bundel, Traag is uw verbazing, zoekt hij naar de contouren van zijn identiteit en luistert hij naar de muziek van zijn ziel waarvan de geest de bron is. Hij gaat er altijd weer langs rijden en langzaam trekt (zijn) weg samen. De lezer kan met enige volharding en alertheid de mens Lema tekenen: 'hij zet nauwelijks nog een stap /bij haar vandaan' (hij wordt huiselijker), hij geniet van de kleine dingen ('Trek u door de weerschurende weide/aan het heelal kunt ge u later wijden'), hij gaat op reis, maar toch blijkt iedere keer dat het ook een zoektocht blijft naar zichzelf: 'hij kwam ooit iemand tegen /die zei: zo zijt ge.' In een ander gedicht schrijft hij: 'het gaat niet om wat ge wilt /of ziet in uw dromen /ge gaat door land dat anders is /met elke stap klopt ge aan.'
Soms is teleurstelling zijn deel: 'second life /terwijl aan uw voeten /steeds de oude wegel kleeft.' En hij wordt wanhopig: 'ge hebt u gewoon /te graag geloofd.' Hij confronteert zich met het sterven, met de dood: 'ge doet uw eigen uitgeleide' en 'er staat u niets te wachten /naar uw huis is naar uw donker.'

Er is een gaan dat van woestijn weet
het haast zich niet
naar steden vol gaten

er is geen leven in het leven
een graag zien dat zich niet verliest

en ge begint eraan
met zere voeten
ge vraagt u af hoelang

ge zo nog moet sukkelen
maar trek u niets aan

het is uw gaan

Bert Lema verrast mij met deze bundel om zijn filosofisch trialisme: zijn gedachten en gevoelens leiden een afzonderlijk leven; ze hebben ankerpunten in lichaam (aarde), ziel en geest. Hij zoekt naar zichzelf via zijn (groot)ouders en kijkt vooruit naar het lot dat hijzelf beschoren is. De verwoording van dit alles gebeurt in een archaïsche taal, bewust gekozen, om de band met het verleden niet te breken. Hij moet zich wel hoeden voor gedachtesprongen die woorden niet altijd kunnen volgen, zodat de lezer de indruk krijgt dat hij zweeft.

Thierry Deleu

Over Traag is uw verbazing van Bert Lema
Poëzie is 'uitnodiging tot reizen; terugkeer naar het geboorteland', zo meende Octavio Paz. Zo ook Traag is uw verbazing van Bert Lema. De reis die Lema onderneemt leidt hem terug naar de oorsprong, het oerlandschap gemarkeerd door familie en natuur. Het eindpunt is een beginpunt, maar één dat steeds wegvlucht. De dichter gebruikt elementen van technologie en moderniteit om contrast aan te brengen, vooruitgang te boeken, zich te onderscheiden, maar gaat steeds ten onder in het geweld van de oorspronkelijkheid. Steeds wordt hij teruggezogen naar een mythisch verleden. Maar nooit tot de kern. Want ook het verleden is vluchtig; op het puntje van zijn tong kan hij het nog net proeven. De dichter is zich hier van bewust, gaat het conflict niet uit de weg maar zoekt het op en laat zijn verwondering spreken. Lema is een waarachtig dichter.
Traag is uw verbazing is, met andere woorden, het verhaal van een ziel die zijn plaats lijkt te zoeken in een overweldigend universum, hier wil bovenuit komen, zich tracht te ontwortelen, maar daar nooit in slaagt. En dat beseft. Net zoals de moderniteit zich doorheen de bundel nooit kan losrukken van de 'oorspronkelijkheid': op de computer staat een Venus van Milo-beeldje, satellieten wentelen rond de aarde en slagen er niet in om zich van de wereld van gras en mussen los te rukken, infinitesimalen ruiken naar honing. Uiteindelijk worden ook de vliegtuigen, spinragtrekkend, gewone natuurelementen. Dingen. Wonderbaarlijke elementen, doordrenkt van heimwee. Het conflict wordt misschien nog het best verwoord in het volgende gedicht (met een knipoog naar Homeros):

Westerse muze
hoogtechnologische godin
vertel als ge dat nog kunt
van een man

hoe hij in de heuvels gaat schuilen
een boterham eet
met bosbessenjam hoe hij thee drinkt
uit de thermos van zijn kinderjaren

hoe de wind in zijn gezicht waait
om hem het gevoel te geven
dat de wereld iemand om hem heen is

hoe hij in avondzon zit
en zijn kalasjnikov afstoft
zoals een huisvrouw koperwerk

De bundel opent sterk, met een cyclus gedichten waarin de grootmoederfiguur het toneel domineert als een reusachtig, haast legendarisch wezen. Een obees gedrocht, een Venus van Willendorf ('ze zit aan de feestdis als een walvis / tijd is een tikgeest in haar vetlagen'). En toch weerklinkt enige, zij het macabere, tederheid en nostalgie in de verzen ('want ge zijt bereid / in haar armen te zijn als was'). Wellicht omdat de vrouw een beslissende invloed op de jonge Lema heeft gehad ('met haar weerloze waarheid / buigt ze het staal van uw gebeden / om tot een eerlijk bestek'). Ondanks het afstotelijke karakter, is het een intriest wezen ('op haar dromen drijven dagdromen / als zeeën op oceanen' – wat een mooi beeld!) dat ooit, in een gouden tijdperk, levenslust moet hebben gekend: namiddagen in het park, thé dansants, zomerhoeden... In haar gigantische schaduw: de overleden grootvader. Een wat stoffig maar gevoelig personage dat, zo lijkt het, tevergeefs zijn ambtenarenbestaan probeerde te kleuren met de gratie van natuur en kunst ('hij hield van Händel / vertelde kakamoppen'). Maar ook hij wordt, ondanks zijn burgerlijkheid, uiteindelijk opgevoerd als een mythische persoon ('hij ging pas dood hij hangt nog / over heel uw zomer'), bijna als een Frazeriaanse vegetatiegod die als tegenpool van de verschrikkelijke, zwaarlijvige moedergodin fungeert ('spreidt over de weiden / zijn ambtenarenharen').
Lema schrijft goede poëzie. Hij gebruikt beklijvende beelden en is handig in zijn taalgebruik. Zo zorgt het gebruik van een handjevol dialectwoorden en het archaïsch aanvoelende ge voor een speciaal timbre. De bundel lijkt echter nooit helemaal onder het gewicht van de sterke openingsgedichten uit te komen. De minder krachtige gedichten klinken soms als gemompel tussen de hoogtepunten in. Er zit sfeer en nostalgie in de verzen, dat wel. Heel veel sfeer. Insecten, aarde, kerktorens, fietsen, grint, landwegen. De dichter is een plattelandsmens, voelt dat het platteland een authentiek universum te bieden heeft. Of beter: dit universum opeist. De 'natuur' is in de bundel alomtegenwoordig en massief en biedt onderdak aan monsters. Afstotelijke monsters, maar met een zuiverende kracht. Bert Lema schrijft hedendaagse poëzie, maar poëzie die thuishoort in een oeroude traditie. Poëzie die 'thuishoort'.

Frédéric Leroy


Lema: Traag is uw verbazing
Bert Lema (1969) werd geboren in Brugge, op 7 december 1969. Hij studeerde in Gent en woonde in Gent en in Brussel. Momenteel verblijft hij met vrouw en twee zoontjes in het Pajottenland. Hij is werkzaam in de basiseducatie. In zijn studietijd won hij enkele poëzieprijzen. Hij publiceerde in vooraanstaande literaire bladen zoals: Dietsche Warande & Belfort, De Brakke Hond en Nieuw Vlaams Tijdschrift. In Traag is uw verbazing zijn de gedichten in twee segmenten opgedeeld. Het eerste deel bevat 11 verzen, die voor een groot deel gaan over gewone mensen en familieleden van de dichter. 'Op de gang was een arend / die in een vent zijn lever pikt / hij is gestraft voor zijn leven / zei opa.' […] Het onverwachte schuilt in de laatste twee woorden van deze strofe. Opeens weten we waarom het beeld op de gang - kennelijk Prometheus voorstellende - voor de toeschouwer geduid wordt. De opa heeft de kennis in huis om het te duiden en het zal de jongeling bijblijven. Maar in de laatste strofe wordt ons nog veel meer duidelijk: 'Er was een brug / waar niemand over durfde / opa sliep met klavecimbel / oma met cortizone.' Even terug naar de ongemakken van de oude dag, de grootvader verstrooit zich met muziek, de grootmoeder heeft pijn in haar gewrichten en moet dus cortizone slikken tegen de pijn. Het tweede gedeelte is minder eenduidig, maar daarom niet minder sterk. In dit gedeelte spreekt de schrijver een soort bezweringen uit. 'Uw knoken raken / hun vocht kwijt / ge verbijt u bocht na bocht // op zoek naar branding / en gelooft ge zult het zien / paradijs // second life / terwijl aan uw voeten / steeds de oude wegel kleeft.' Het is de onontkoombaarheid van het gehele leven, die hier op eenvoudige maar uiterst doeltreffende manier wordt weergegeven. Het absolute hoogtepunt van de bundel is het volgende titelloze gedicht:

Al uw schoon land is schamel
een schaalmodel in een groot verdwijnen

er staan paarden grijs en zwaar
uit een holle weg schieten
coureurs tevoorschijn

het land is een decor zover ge ziet
waarin ge gaat hoe het uitkomt

ge doet uw eigen uitgeleide.

Er zitten een aantal lagen in dit gedicht. Het land is schamel, maar toch is het tegelijkertijd een schaalmodel in een groot verdwijnen. Wat betekent dat? Alles wat groot lijkt, is tegelijkertijd nietig. Vervolgens ‘schieten er coureurs tevoorschijn’. Ze maken kennelijk lawaai, doorbreken de stilte op ruwe wijze. En dan is het land gedegradeerd tot het décor van al dat lawaai en geweld. Maar de hoofdpersoon kan ontsnappen, want hij doet zichzelf ‘uitgeleide.’ Meestal doen we een andere persoon uitgeleide, maar nu doen de hoofdpersonen zichzelf uitgeleide. Ze verlaten met opgeheven hoofd het landschap, dat nu een décor geworden is, waarin ze zich toch niet meer zo op hun gemak voelen. Knap van constructie, simpel van woordkeus maar o zo doeltreffend. Uit het voorgaande moge blijken dat ik zeer van deze bundel heb genoten. Bert Lema is een ongekend talent, waar we hopelijk nog veel van zullen horen.

Karel Wasch

De verbazingwekkende odyssee van Bert Lema
De bundel Traag is uw verbazing van Bert Lema telt 34 gedichten. In elf daarvan, die een aanloop zijn naar de eigenlijke titelcyclus, daalt de dichter af in het verleden en haalt hij jeugdherinneringen op: 'dit is slechts één van de taferelen / waarlangs gij met uw velo reed / tijdens uw levenslang logeren.' Hij wil voelen 'hoe oudste fossielen zich roeren / marbels in uw kinderhand.' Oma en opa zijn de hoofdpersonages die uit dit verleden oprijzen: 'hij hield van Händel / vertelde kakamoppen.' Of ook, treffend én ontroerend: 'opa sliep met klavecimbel / oma met cortizone.'
Maar het gaat hem niet alleen om het in kaart brengen van het verleden. De dichter heeft een ander streven: het is weer tijd voor het ontmijnen/ van al uw verwachtingen. Hij draagt de geschiedenis van zijn voorvaders mee, maar rijst uit de as op als een individu dat zijn eigen weg moet zoeken en gaan, zoals duidelijk wordt in dit mooie gedicht:

Ruimer is het zicht op uw vader
achter hem zit zijn vader en zijn vader
het is een trein die tot aan de bron reikt

en altijd op weg is naar zee
ge wilt opstappen ge wilt mee
maar er is iets middaglicht op een helling

dat u betovert tot het in vlammen opgaat
een hologige jongleur fluistert:
ge zijt bedrogen

hierna staat ge op
rijst uit woorden als uit as
vrij van moorden en van heiligheid

gewoon een zoon
die zijn zoon zijn als een T-shirt uittrekt
die in het midden van zijn leven staat

tussen sterren die groter worden
en verder staan

In de titelcyclus onderneemt de dichter zijn tocht: op zoek naar zichzelf, het land waar hij woont en thuishoort – een proces dat hem evenwel in verwarring brengt: er is geen land dat ge verstaat/ ge komt bij vreemden die als u spreken. Vraag is of hij het verleden herkent of hij het zich inbeeldt:

Ge wordt ouder en denkt
wat ge ziet is een kaalslag
maar de bomen die er waren

stonden er nooit
de weelde van de kruinen
was een land vol stompen

ge hebt u gewoon
te traag geloofd

Hij twijfelt aan de waarachtigheid van wat hij waarneemt: 'het land is een decor zover ge ziet/ waarin ge gaat hoe het uitkomt // ge doet uw eigen uitgeleide, en ook: en er staat u niets te wachten/ naar uw huis is naar uw donker.' Eens te meer blijkt uit het slotgedicht dat de bundel een ode is aan de zoekende mens:

Er is een gaan dat van woestijn weet
het haast zich niet
naar steden vol gaten

er is een leven in het leven
een graag zien dat zich niet verliest

en ge begint eraan
met zere voeten
ge vraagt u af hoelang

ge nog moet sukkelen
maar trekt u niets aan

het is uw gaan

De cirkel is rond, we zijn terug bij het motto dat Bert Lema aan zijn bundel meegaf, een citaat van Omar Khayyam, in een charmant-oubollige vertaling van P.C. Boutens uit 1919: 'een kluiznaar in zijn woestenij', 'wat tweede komt dien man in moed nabij?'.
Traag is uw verbazing is een interessante bundel van een dichter met een eigen én eigenzinnige zegging die o.a. gekenmerkt wordt door een koppig volgehouden en erg Vlaams aandoende gij- en u-vorm. Dit geeft aan de bundel een archaïsche gelaagdheid, alsof het hier om een berichtgeving uit vervlogen tijden gaat. Maar niets is minder waar: Lema schildert de odyssee van ons allen, een zoektocht die zich in elk tijdperk voltrekt. Hij doet dat in een makkelijk te volgen poëzie die aanspreekt en de lezer meteen betrekt bij en deelgenoot maakt aan zijn poëtisch streven. Dat zijn gedichten hun dieperliggende raadsels en geheimen pas bij traag lezen vrijgeven is een meerwaarde.
Traag is uw verbazing is een boeiende gids in een avontuur waarbij dichter en lezer een wedergeboorte beleven én het verleden hen tegelijkertijd blijft aankleven. Dit is een waar geschenk voor wie klaar is voor een second life/ terwijl aan uw voeten/ steeds de oude wegel kleeft.

Roger Nupie

Traag is uw verbazing
Verbazing is inderdaad het juiste woord als je de gedichten van Bert Lema leest. Verbazing over de eenvoudige taal met zoveel lagen. Verbazing over het gebruik van het persoonlijk voornaamwoord ge. Verbazing over de verpletterende waarheden die hij simpelweg neerzet, zoals in: 'Trek u door de weerschurende weide / aan het heelal kunt ge u later wijden // modder zijgt aan uw botten / houdt uw blik op de weg in de verte gericht / en niet op treurend vee // plets bot per bot voort / het wordt niet beter maar ge gaat'…
Verbazing over zoveel relativering: 'Ge wordt ouder en denkt / wat ge ziet is een kaalslag / maar de bomen die er waren // stonden er nooit / de weelde van de kruinen / was een land vol stompen // ge hebt u gewoon / te graag geloofd'…

Hubert Van Eygen